Cellen, organismen en ecosystemen. Ben je het overzicht even kwijt? Volg een examentraining biologie van Vocus. De docent van Vocus zet alles nog eens duidelijk voor je op een rij en leert je hoe je verschillende examenopgaven moet aanpakken. Na de examentraining biologie heb je weer grip op de stof en kun je met een gerust gevoel je examen in!
Een belangrijk onderdeel van onze examentrainingen is het grondig herhalen van de examenstof. Leerlingen moeten vertrouwd raken met de belangrijkste domeinen, concepten en onderwerpen die tijdens het examen kunnen worden getoetst. Herhaling vergroot niet alleen het begrip van de leerstof, maar helpt ook om deze beter te onthouden. Onze docenten behandelen tijdens een training daarom allereerst op een overzichtelijke manier alle examendomeinen en leerdoelen die leerlingen op het examen moeten kennen. Door dit regelmatig te herhalen, kunnen leerlingen hun kennis verstevigen, waardoor ze zich zelfverzekerder voelen tijdens het examen.
Een gestructureerd stappenplan is van belang bij de voorbereiding op het examen. De docent van Vocus leert leerlingen hoe ze de examenvragen moeten benaderen, welke stappen ze moeten volgen en hoe ze hun tijd effectief kunnen beheren. Een goed stappenplan biedt houvast en voorkomt dat leerlingen zich laten overweldigen door de complexiteit van de vragen. Het helpt hen om systematisch door de examenopgaven te gaan en op een gestructureerde manier tot de juiste antwoorden te komen.
Oefenen is de sleutel tot succes bij een examentraining. Tijdens de examentraining zal er dan ook veel aandacht zijn voor het oefenen met oude examenopgaven. Dit geeft leerlingen de kans om de opgedane kennis toe te passen en hun vaardigheden te verbeteren. Oefenexamens maken onder tijdsdruk simuleert de werkelijke examensituatie, waardoor leerlingen beter voorbereid zijn op de stress en de tijdsbeperkingen die bij het echte examen horen.
Na het maken van oefenexamens worden de resultaten uitgebreid geanalyseerd. Samen met de docent kijken leerlingen naar de behaalde scores en naar de soorten fouten die ze hebben gemaakt. Met de analyse van hun prestaties krijgen leerlingen inzicht in hun sterke punten en in de punten waaraan ze nog kunnen werken. Deze zelfreflectie stelt leerlingen in staat om hun studiemethode aan te passen en gericht te werken aan het versterken van hun kennis op specifieke gebieden, zodat het examenresultaat omhoog gaat.
Een examentraining biologie bereidt je optimaal voor op je examen. Onze docenten weten precies welke onderwerpen belangrijk zijn voor het examen. Je leert praktische stappenplannen voor het beantwoorden van examenvragen en krijgt tips over hoe je je antwoorden moet formuleren. Uiteraard ga je veel opgaven oefenen. Wil jij ook vol vertrouwen en zonder stress je examen in? Boek dan gauw een examentraining biologie en profiteer van de voordelen die onze trainingen bieden!
Evolutie is het voortdurend veranderen van soorten en gaat over selectie en soortvorming. Het onderdeel selectie gaat in op de verandering in genen door selectie en genetische modificatie. Voor het examen moet je weten dat DNA alle erfelijke codes van een organisme bevat, dat in verschillende organismen dezelfde genetische informatie kan voorkomen en dat je de mate van verwantschap tussen organismen kan bepalen met DNA-analyse. De trainer van VOCUS gaat dit allemaal met je doornemen. Daarnaast komt aan bod wat mutatie is, hoe het wordt veroorzaakt en welke typen mutatie er zijn. Tot slot gaan we in op de technieken die mensen gebruiken om genetische informatie te veranderen, met name in de landbouw. Soortvorming gaat over hoe soorten tot stand komen en hoe variatie ontstaat. De trainer helpt je begrippen als natuurlijke selectie en genetische drift toe te passen. Wanneer externe omstandigheden veranderen, vindt er adaptatie plaats en passen soorten zich aan. Je leert in de training wat evolutie is en wat het onderscheid is tussen analoge en homologe evolutie. Tot slot komt de theorie van reproductieve isolatie aan bod.
Domein A gaat over cellen en processen in het menselijk lichaam. In de training leer je dat cellen de kleinste bouwstenen van een organisme zijn en waar ze precies uit zijn opgebouwd. Ook leer je de celstructuur van organismen te beschrijven, zoals van bacteriën, schimmels, planten en dieren. Daarnaast gaat de trainer van VOCUS in op de rollen die cellen in ons lichaam innemen. Het tweede onderdeel van dit domein gaat in op processen in het menselijk lichaam, zoals het verteringsstelsel, bloedvatenstelsel, zenuwstelsel en spierstelsel. Je moet bijvoorbeeld kunnen uitleggen hoe het proces van het verteren van voedsel werkt van inname tot uitscheiding. Je leert welke organen bij welk stelsels betrokken zijn en hoe deze processen werken.
Domein B gaat over de samenhang van planten en dieren. In de training leer je hoe ecosystemen in bepaalde gebieden zijn opgebouwd. Ook leer je een voedselweb te beschrijven tussen producenten, consumenten en reducenten. Daarnaast gaan we in op hoe organismen zich aanpassen aan de omgeving, bijvoorbeeld door hoe ze zich voortbewegen of door hoe ze eruit zien. De trainer van VOCUS legt tevens uit hoe mensen en verschillende dieren zuurstof opnemen en koolstofdioxide afgeven. Het laatste onderwerp van dit domein is de bouw van planten. Op het examen moet je verschillende soorten planten kennen. In de training leer je hoe de plant van wortel tot blad is opgebouwd en hoe een plant voedingstoffen opneemt. Ook het proces van fotosynthese komt uitgebreid aan bod, evenals de opbouw van bloemen. Met name de opbouw van bloemen en de voortplanting via bestuiving zijn belangrijke onderwerpen voor het examen, dus hier zullen we in de training uitgebreid op ingaan.
Domein C gaat over de belangrijkste processen die het menselijk lichaam in stand te houden. Dit zijn de spijsvertering, bloedsomloop, ademhaling en uitscheiding. Bij deze processen zijn organen betrokken. In de training leer je daarom welke organen er zijn en wat hun functies zijn. Bij spijsvertering leer je hoe organen samenwerken om voedsel te verteren. Op het examen moet je kunnen uitleggen hoe eten via de mondholte en slokdarm naar de maag gaat, hoe de maag het voedsel verder afbreekt en hoe voedsel vervolgens via de darmen wordt uitgescheiden. Voedsel zorgt voor energie voor het lichaam. In de training leren we je daarom wat de verschillende voedingsstoffen zijn en wat ze doen. Denk bijvoorbeeld aan koolhydraten, eiwitten en vitamines. Bij het onderwerp bloedsomloop moet je de verschillende soorten bloedvaten kunnen benoemen en weten welke rol ze spelen. Dit gaan we in de training allemaal doornemen. Daarnaast leer je de grote en kleine bloedsomloop te beschrijven. Op het examen moet je van een schematische tekening van een hart de verschillende onderdelen kunt aflezen. Bij het onderwerp ademhaling moet je hetzelfde kunnen doen voor de longen. Hier gaan we in de training mee aan de slag. Je leert in de training tevens hoe lucht via de neus en luchtpijp de longen instroomt en hoe de longen zuurstof uit de lucht halen. Tot slot gaan we verder met het onderwerp uitscheiding en komt ook de werking van de nieren aan bod. Ook hierbij moet je een schematische tekening van de nieren kunnen aflezen en de verschillende onderdelen van de nieren kunnen beschrijven.
Dit domein gaat over het zenuwstelsel, de huid en hormonen. Over het zenuwstelsel leer je hoe zintuigen prikkels uit de omgeving opnemen en omzetten in waarnemingen. Het is belangrijk om te weten hoe die prikkels worden omgezet in impulsen en hoe deze impulsen via de zenuwen naar de hersenen gaan. De trainer van VOCUS gaat je dit allemaal uitleggen. Op het examen moet je de hersenen in een schematische tekening kunnen beschrijven, waarbij je de verschillende onderdelen van de hersenen moet kunnen benoemen. Hetzelfde moet je kunnen voor de werking van de oren en ogen. In de training gaan we dit uitvoerig doornemen en oefenen. Voor het onderwerp huid moet je de verschillende lagen van de huid kennen en het nut van elke laag. Ook dit komt in de training aan bod. Tot slot leer je dat hormonen worden geproduceerd door de verschillende klieren en wat de functies van de verschillende hormonen zijn.
Dit domein gaat over seksualiteit en voortplanting bij mensen. In de training leer je wat de verschillende fases van groei zijn, van baby tot volwassene. Daarnaast leer je wat de mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen zijn en deze op plaatjes kunnen herkennen. Op het examen moet je kunnen beschrijven hoe bevruchting bij mensen plaatsvindt en kunnen uitleggen hoe na de bevruchting de eicel zich ontwikkelt tot baby. De trainer van VOCUS gaat dit allemaal met je doornemen. Naast voortplanting leer je ook over verschillende methoden om voortplanting te voorkomen (voorbehoedsmiddelen).
Domein F gaat over erfelijkheid en evolutie. Je leert in de training wat chromosomen zijn en waar deze uit bestaan. Ook leer je wat DNA is, dat er x-chromosomen en y-chromosonen zijn en hoe deze het geslacht bepalen. Op het examen moet je niet alleen de begrippen over dit onderwerp kennen, maar ook kunnen rekenen met erfelijkheid. In de training gaan we dit uitgebreid oefenen. Daarnaast gaan we in op mitose, meiose, monohybride kruisingen en de evolutietheorie.
In het domein bescherming en antistoffen wordt het afweersysteem behandeld. In de training gaan we in op hoe het immuunsysteem (ook wel afweersysteem genoemd) werkt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan hoe antistoffen worden gemaakt. Ook leer je hoe de bescherming van het lichaam kunstmatig kan worden verhoogd, bijvoorbeeld met vaccins, antibiotica en moedermelk. Tot slot gaan we in op bacteriën en virussen en op het verschil tussen een virus en een bacterie. Dit komt op het examen vaak terug.
Het laatste domein gaat over gedrag bij mens en dier. Op het examen moet je gedrag van mens en dier op een gestandaardiseerde wijze kunnen beschrijven en verklaren. In de training gaan we vooral in op prikkels en bespreken we zowel inwendige prikkels, zoals hormonen, honger en dorst, als uitwendige prikkels, zoals temperatuur, licht en geluid, en het effect van prikkels op ons gedrag. Ook gaan we in op hoe we bepaald gedrag kunnen aanleren. Denk aan inprenten, conditioneren of trial-and-error. Op het examen moet je ook soorten gedrag bij dieren kunnen benoemen, zoals paringsgedrag of territoriumgedrag. Ook hier besteden we in de training aandacht aan.
Het domein zelfregulatie beslaat een groot deel van de examenstof van biologie en is op te breken in zes verschillende subonderdelen: stofwisseling van de cel, stofwisseling van het organisme, zelfregulatie van het organisme, afweer van het organisme, waarneming door het organisme en regulatie van het ecosysteem. We gaan in de training onder andere in op de stofwisselingsprocessen van cellen en de concepten homeostase, transport, assimilatie en dissimilatie. Op je examen moet je kunnen uitleggen hoe de stofwisseling van organismen verloopt en van de mens moet je weten hoe het opnemen, transporteren, omzetten en afgeven van stoffen werkt. In de training behandelen we onder andere de concepten orgaan, fotosynthese, ademhaling, vertering, uitscheiding en transport. De bouw en werking van het zenuwstelsel en het hormoonstelsel komen aan bod bij het onderdeel zelfregulatie van het organisme. In het onderdeel waarneming leer je over de werking van het menselijk oog. Tot slot behandelen we in de training de afweermechanismen van organismen en de wijze waarop ecosystemen zichzelf kunnen reguleren. De trainer van VOCUS behandelt al deze onderwerpen op een gestructureerde manier, zodat je een duidelijk overzicht hebt van de examenstof.
De zelforganisatie van cellen gaat over de ontwikkeling van cellen en over hoe cellen zichzelf kunnen organiseren en reguleren. Twee belangrijke concepten die je voor je examen moet kennen zijn genexpressie en celdifferentiatie. In de training behandelen we de bouwstoffen van cellen, eiwitten, de verschillende soorten eiwitten die er zijn en hun functies. Ook het proces van genexpressie tot en met eiwitsysnthese en de rol van DNA en RNA komen aan bod. Bij celdifferentiatie is het belangrijk om te weten hoe cellen zonder specialisme kunnen worden omgevormd tot cellen met specialisme en hoe stamcellen zich kunnen ontwikkelen en differentiëren. De trainer van VOCUS gaat dit in de training allemaal behandelen.
Het domein interactie behandelt interactie in ecosystemen. De trainer van VOCUS gaat met je in op interacties tussen organismen (biotische factoren), zoals predatie, concurrentie, samenwerking en symbiose. Organismen interacteren niet alleen met elkaar, maar ook met andere factoren in de omgeving (abiotische factoren), zoals de temperatuur, licht en water. Dergelijke factoren bepalen waarom organismen op bepaalde plaatsen voorkomen en op andere plaatsen juist niet. Ook dit komt in de training aan de orde. Tot slot gaan we in op de verschillende soorten voedselproductie, zoals ecologische en niet-ecologische voedselproductie, genetische modificatie en het gebruik van bestrijdingsmiddelen en de impact hiervan op het milieu.
Dit domein behandelt het onderwerp erfelijkheid. In de training gaan we in op erfelijkheidsconcepten als DNA, chromosomen, genen en allelen. Je moet weten hoeveel chromosomen een mens heeft en wat het geslacht van een mens bepaalt. Ook gaan we aan de slag met berekeningen met monohybride en dihybride kruisingsschema’s, om bijvoorbeeld de kans op een zieke nakomeling uit te rekenen. Dit is een belangrijk onderwerp dat zeker op je examen terugkomt. Tot slot leren we je gegevens aflezen uit een stamboom.
Evolutie is het voortdurend veranderen van soorten en gaat over selectie en soortvorming. Selectie gaat over de verandering in genen door selectie en genetische modificatie. De trainer van VOCUS leert je dat DNA alle erfelijke codes van een organisme bevat, dat in verschillende organismen dezelfde genetische informatie kan voorkomen en dat je de mate van verwantschap tussen organismen kan bepalen met DNA-analyse. Daarnaast leer je wat mutatie is, hoe het wordt veroorzaakt en wat het verschil is tussen chromosoommutaties, genmutaties en genoommutaties. Tot slot gaan we in op de technieken die mensen gebruiken om erfelijke informatie uit genen te veranderen, met name in de landbouw. Soortvorming gaat over hoe soorten tot stand komen en hoe variatie ontstaat. Je leert begrippen als natuurlijke selectie en genetische drift toe te passen. Wanneer externe omstandigheden veranderen, vindt er adaptatie plaats en passen soorten zich aan. De trainer van VOCUS legt uit wat evolutie is en wat het onderscheid is tussen analoge en homologe evolutie. Tot slot komt de theorie van reproductieve isolatie aan bod.
Het domein zelfregulatie beslaat een groot deel van de examenstof van biologie en is op te breken in zes verschillende subonderdelen: eiwitsynthese, stofwisseling van de cel, stofwisseling van het organisme, zelfregulatie van het organisme, afweer van het organisme en regulatie van het ecosysteem. We gaan in de training onder andere in op hoe eiwitten worden gevormd en hoe de primaire structuur van een eiwit de bouw en werking van het eiwit bepaalt. Ook behandelen we de stofwisselingsprocessen van cellen en de concepten homeostase, transport, assimilatie en dissimilatie. Op je examen moet je kunnen uitleggen hoe de stofwisseling van organismen verloopt. In de training behandelen we daarom onder andere de concepten fotosynthese, ademhaling, vertering, uitscheiding en transport. De bouw en werking van het zenuwstelsel en het hormoonstelsel komen aan bod bij het onderdeel zelfregulatie van het organisme. Tot slot behandelen we in de training de afweermechanismen van organismen en de wijze waarop ecosystemen zichzelf kunnen reguleren. De trainer van VOCUS behandelt al deze onderwerpen op een gestructureerde manier, zodat je een duidelijk overzicht hebt van de examenstof.
Dit domein gaat in op de zelforganisatie van cellen en ecosystemen. De zelforganisatie van cellen gaat over de ontwikkeling van cellen en over hoe cellen zichzelf kunnen organiseren en reguleren. Twee belangrijke concepten die je voor je examen moet kennen zijn genexpressie en celdifferentiatie. In de training behandelen we de bouwstoffen van cellen, eiwitten, welke verschillende soorten eiwitten er zijn en hun functies. Ook het proces van genexpressie tot en met eiwitsysnthese en de rol van DNA en RNA komen aan bod. Bij celdifferentiatie is het belangrijk om te weten hoe cellen zonder specialisme kunnen worden omgevormd tot cellen met specialisme en hoe stamcellen zich kunnen ontwikkelen en differentiëren. Het onderdeel zelforganisatie van ecosystemen gaat over hoe een ecosysteem kan ontstaan en hoe het zichzelf in evenwicht houdt. In de training behandelen we biodiversiteit, dynamisch evenwicht en leefgemeenschappen en gaan we in op waar een populatiegrootte van afhangt en wat het omslagpunt is.
Het domein interactie behandelt interactie op moleculair en cellulair niveau en interactie in ecosystemen. Interactie op moleculair niveau gaat over interactie in een cel. In de training leer je met de concepten genregulatie en interactie met (a)biotische factoren te verklaren hoe moleculaire regulatie plaatsvindt. Interactie op cellulair niveau gaat over interactie tussen cellen. In de training leren we je hoe cellen signalen ontvangen en verwerken en hoe ze op signalen reageren. Daarnaast gaan we in op hoe cellen met elkaar communiceren via zenuwcellen en hormonen en behandelen we de interactie in ecosystemen. Dit zijn interacties tussen organismen zoals predatie, concurrentie, samenwerking en symbiose. De trainer van VOCUS behandelt ook interacties tussen organismen (biotische factoren) en abiotische factoren, zoals de temperatuur, licht en water en leert je welke rol deze beide factoren spelen bij de instandhouding en ontwikkeling van een ecosysteem. Tot slot komt voedselproductie aan bod en de impact ervan op het milieu.
Dit domein behandelt de onderwerpen voortplanting en erfelijkheid. Voortplanting kan zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk plaatsvinden. In de training bespreken we met name de geslachtelijke voortplanting en de processen die daaraan voorafgaan. Je leert hoe de menstruatiecyclus verloopt, wat meiose en mitose is, hoe hormonen worden gemaakt en hoe ze werken en hoe een foetus zich ontwikkelt na de bevruchting. Daarnaast moet je voor je examen weten hoe erfelijkheid werkt. In de training gaan we in op erfelijkheidsconcepten als DNA, chromosomen, genen en allelen. Ook gaan we aan de slag met berekeningen met monohybride en dihybride kruisingsschema’s, voor zowel autosomale als x-chromosomale genen. Dit is een belangrijk onderwerp dat zeker op je examen terugkomt. Tot slot leren we je gegevens aflezen uit een stamboom.
Onze examentraining biologie bestaat uit verschillende onderdelen die leerlingen optimaal voorbereiden op het examen.
Onze ervaren vakdocenten leggen allereerst alle belangrijke onderwerpen en begrippen duidelijk uit, zodat leerlingen een goed overzicht hebben van de examenstof.
Vervolgens wordt er geoefend met oude examens, zodat leerlingen kunnen wennen aan de vraagstelling en het soort opgaven dat ze kunnen verwachten tijdens het examen. Ook krijgen ze hierdoor inzicht in de onderwerpen waaraan ze nog wat meer aandacht moeten besteden. In de examentraining biologie zal onze docent ook handige tips en tricks aanreiken voor het maken van examenopgaven. Door efficiënt te werken en gebruik te maken van beschikbare informatie, kunnen leerlingen sneller en nauwkeuriger tot de juiste antwoorden komen.
Tot slot worden er specifieke examenstrategieën besproken en geanalyseerd die leerlingen kunnen helpen om het examen op een effectieve manier aan te pakken. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de verdeling van de tijd over de verschillende onderdelen van het examen, het maken van keuzes bij meerkeuzevragen en het prioriteren van bepaalde opgaven.
Na een examentraining biologie hebben leerlingen weer grip op de examenstof en zijn ze vol zelfvertrouwen, zodat ze met een gerust gevoel het examen in kunnen.
Over onze examentrainingen
De examentrainingen van Vocus bereiden leerlingen optimaal voor op het eindexamen. Wij verzorgen, anders dan andere aanbieders, examentrainingen voor leerlingen van alle niveaus. Dus naast vwo, havo, vmbo-gl en vmbo-tl (mavo), bieden wij ook examentrainingen aan voor leerlingen die vmbo-basis en -kader onderwijs volgen. Wij werken uitsluitend met ervaren en bevoegde vakdocenten, die doordeweeks op hun eigen school voor de klas staan. Naast vakinhoudelijke kennis, leer je in onze trainingen ook strategieën en stappenplannen voor het beantwoorden van examenvragen, zodat je weet hoe je verschillende typen examenvragen moet aanpakken. Onze docenten weten precies hoe en waarmee ze jou het beste kunnen helpen, zodat jij met een gerust gevoel je examens in kan.
We werken met kleine klassen van maximaal 10 tot 11 leerlingen per examentraining.
Voor de doorgang van een examentraining hanteert Vocus een minimum aantal inschrijvingen. Bij onvoldoende animo (minder dan 6 leerlingen) kan het zijn dat je training wordt geannuleerd. De betaling wordt in dat geval teruggestort. Bij annulering door te weinig inschrijvingen ontvang je uiterlijk 2 weken voor aanvang van de examentraining hierover bericht.
Als je vraag er niet bij staat, neem dan gerust contact met ons op. Je kunt ons bellen op 076-2045345 of je kunt je vraag mailen naar contact@vocusonderwijs.nl.
“Ik had mijn biologie docent beloofd om hem achteraf mijn cijfer voor biologie te vertellen. Zou u aan hem kunnen doorgeven dat ik een 8,8 heb gehaald? En hem kunnen zeggen dat ik hem erg bedank voor zijn hulp en goede uitleg?”
"Ik ben erg blij met de training. De uitleg was supergoed te volgen en we hebben veel nuttige stof doorgelopen. Mijn vragen zijn allemaal beantwoord. Ik vond het een goede examentraining."
"Mijn Vocus-docent heeft alles vanaf het begin uitgelegd, zodat we het beter begrepen. De uitleg was duidelijk en na de lessen heb ik veel geleerd en ook opdrachten kunnen maken."
Copyright © 2024 • Vocus Onderwijs Algemene voorwaarden Privacyverklaring